Ook in een havengebied is de natuur altijd dichtbij. OVET doet er alles aan om een zo goed mogelijke harmonie te vinden tussen bedrijfsactiviteiten, omwonenden, buurbedrijven en de omringende natuur.
Maandelijks worden de terminals en drijfkranen bezocht door leden van het managementteam of de commerciële afdeling samen met de van dienst zijnde walbaas. Er worden dan cijfers voor kwaliteit, arbeidsomstandigheden, milieu en technische staat afgegeven. Bij een cijfer onder de interne norm van 8 op 10 worden direct "herstel" maatregelen getroffen. Dankzij de periodieke terreinrondgangen is er ook een goede "feeling" met de werkvloer en worden de 'Good Housekeeping' maatregelen correct opgevolgd.
OVET investeert ook in milieu-ontlastende oplossingen. De automatische treinbelader in Vlissingen is bijvoorbeeld driezijdig afgeschermd (opvoerband is volledig overkapt), de invoertrechter is driezijdig voorzien van windschermen (stof- en geluidreducerende maatregelen), beschikt over energiezuinige electromotoren om de aanloopstroom te beperken en een stof nevelkanon om stofemissies te kunnen neerslaan. OVET beschikt over stofbestrijdingswagens en heeft ondermeer ook geïnvesteerd in een nieuwe 8 m3 kolengrijper voor de mobiele walkraan.
Ook wordt er tijdens de werkzaamheden altijd extra aandacht besteed aan bijvoorbeeld het uitzetten van machines als deze even niet gebruikt worden (tijdens shiftwissel en pauzes), mors wordt direct opgeruimd om verspreiding door wind naar de directe omgeving of water te voorkomen en er wordt altijd de juiste storthoogte gehanteerd om stofoverlast voor de omgeving of oppervlaktewater te minimaliseren.
Het is een beetje vreemd om te stellen, maar het beste weer voor OVET is een langaanhoudende miezerige regen. Met dat soort weer worden de opgeslagen partijen perfect bevochtigd. Nu regent het wel vaak in Nederland, maar niet onophoudelijk. Vandaar dat we zijn uitgerust met een wagenpark, speciaal met het doel om partijen te bevochtigen. Op beide terminals doen spuitauto’s vele malen per dag hun ronde langs de opgeslagen partijen.
Het bevochtigen is één milieuaspect, de waterbeheersing (regeling van het tekort of teveel aan water in een gebied) is zeker net zo belangrijk.
De terreinen zijn voorzien van rioolputten waarin het spuitwater (en uiteraard ook het regenwater) dat op de terreinen terechtkomt, wordt opgevangen. Via een ingenieus systeem van opvangbassins, verzamelputten en bezinkbakken wordt het water opgepompt in opslagtanks. Met een pompunit wordt het verzamelde water uit de opslagtank naar de zuiveringsinstallatie gepompt. In de zuiveringsinstallatie wordt het (met kolenstof verontreinigde) water gefilterd, door middel van filterzand, een geïnjecteerde hoeveelheid lucht en een gedoseerd toegevoegd bindmiddel. Tijdens dit proces wordt de zuurgraad gemeten. De zuurgraad is de bepalende factor voor de lozing. Na een afgesproken aantal kubieke meters geloodst water wordt een watermonster genomen. Dit monster wordt geanalyseerd op overeengekomen parameters, zoals emissiewaarden.
We kunnen constateren: Zelfs met regenwater wordt verstandig omgegaan.